Palong, Lisu, Akha en de tijgertjes... (Dag 10)
31 okt. 2012
🇹ðŸ‡
vanuit Thailand
1e excursiedag in Chiang Mai. We hebben gekozen voor 6 nachten Chiang Mai omdat hier erg veel te doen is en er een zeer relaxte sfeer moet hangen. Natuurlijk hebben we ook weer excursies staan maar
ook 2 vrije dagen hoewel we het vermoeden hebben dat die ook wel ingevuld gaan worden. Vandaag gaan we met gids Wanchai een bezoekje brengen aan 3 bergdorpen. Hier lopen de mensen nog in traditionele
kledij hoewel ze ook hier steeds moderner worden. Zo zijn mobieltjes en auto’s al zeker geen uitzondering meer.
Voordat we echt de bergen in trekken en een paar uurtjes onderweg zijn kopen we eerst bij de lokale lunch wat spullen voor de lunch. Voor het eerst dat er niet echt een lunch geregeld is in een restaurant maar dit is natuurlijk ook leuk. Wanchai koopt wat spullen die wij echt wel zouden hebben laten liggen maar we laten ons verrassen, misschien valt het allemaal reuze mee. Langzaam aan rijden we daarna de bergen in, de omgeving wordt steeds mooier en groener, het regent hier ook zeer regelmatig. Rijstvelden wisselen zich af met bananenbomen, echt heel mooi.
Het 1e dorp dat we gaan bezoeken is van de Palong stam. Er zijn maar een paar Palong-dorpen in Thailand, toaat aantal bewoners ligt nu nog op zo’n 60.000. De Palong zijn gemakkelijk te herkennen aan de opvallende klederdracht van hun vrouwen, rode gewaden (sarongs) met daarop een blauw jasje met rode kraag en om het middel een brede zilveren band. Helaas voor ons zijn er niet veel mensen die buiten lopen en kunnen we helaas ook niet veel meekrijgen van de traditionele kleding. Van een meisje dat buiten haar baby in slaap aan het wiegen is horen we dat zo’n beetje alle mensen naar de tempel zijn om te bidden. Het was gisteren immers volle maan en dan zijn alle mensen vrij en sommige mensen zelfs 2 dagen en wordt er dus ook veel gebeden. We mogen wel foto’s maken van de mensen in de tempel maar ik voel me er toch niet helemaal lekker zijn. Als ze niet willen dat er een foto gemaakt wordt hebben ze zo eigenlijk geen keus en dat vind ik niet prettig. Langzaam lopen we weer terug in het dorp in en dan hoor ik kinderstemmen. Kinderen en fotocamera’s, love that combination! Een paar kinderen komen naar me toe en ik begin in het Engels te praten, ik krijg een beetje Thais terug en dan beginnen ze in het Engels te tellen. Met een beetje hulp van mij komen ze een heel eind en kan ik ook hier leuke foto’s maken. Later laat ik ze nog een keer tellen zodat Paul ze kan filmen, echt te leuk!
Het 2e en 3e dorp zijn van de Lisu en Akha stammen. Er leven hooguit 21.000 Lisu in Thailand. Hun oorspronkelijke woongebied is het oosten van Tibet. De huizen van de Lisu staan niet op palen. De verharde vloeren zijn meestal nogal vies, de wanden van bamboe. Evenals de Hmong (Meo) houden de Lisu zich al generaties hoofdzakelijk bezig met de papaverteelt (opium). Veel Lisu zijn inmiddels overgeschakeld op de het vervaardigen en verkopen van handwerk. De Lisu maken hun kleren uit vrolijk gekleurde stoffen, die ze nog eens extra versieren met talloze, eveneens bont gekleurde, reepjes stof. Vooral vrouwen dragen deze levendige kleren, bestaande uit een gedeeltelijk blauw of groen jasje op knielengte met een brede zwarte ceintuur en meestal een blauwe of groene lange broek. Mouwen, schouderstukken en broekomslagen zijn bestikt en verfraaid met smalle horizontale rode, gele en blauwe strepen. De meer welgestelde Lisu-vrouwen dragen aanzienlijke hoeveelheden zware, handgemaakte zilveren sieraden, vooral bij speciale gelegenheden. Lisu-mannen maken muziekinstrumenten, vogel- en wildvallen en andere voorwerpen van hout, bamboe en rotan.
Er leven hooguit 20.000 Akha (op vrij grote hoogte) in de noordelijke provincies van Thailand. Hun dorpen zijn herkenbaar aan de prachtige uit hout gesneden toegangspoorten waarover gewaakt wordt door beschermheiligen (geesten). Ze leven in vrij hoge huizen op lage palen, met een grote entree die leidt naar een vierkante leefruimte, voorzien van een kachel. De daken zijn spits maar lopen schuin af. Tegenwoordig vullen veel Akha het inkomen aan door het traditionele handwerk (kleren en gebruiksvoorwerpen) te verkopen aan toeristen. Akha vrouwen spinnen draad uit katoen met een handspoel. Daarna weven ze de katoen op een met de voet aangedreven weefgetouw. De stof wordt vervolgens geverfd met indigo en gebruikt voor het kleden van de hele familie. Vrouwen dragen brede broeken, een korte zwarte rok, daarop een wit met kralen versierd tasje en een los zwart jasje met geborduurde manchetten en revers. De zwarte mutsen zijn versierd met zilveren munten. Zowel Akha vrouwen als mannen vervaardigen uiteenlopende fraaie voorwerpen van bamboe en hout. Zo maken mannen kruisbogen en muziekinstrumenten. Vrouwen zijn handig in het vlechten van manden.
Akha zijn bijgelovig. Dat schrijft precies voor hoe en wanneer ze bepaalde rituelen moeten uitvoeren. De Akha behoren tot de armste bergstammen, maar zijn gewaardeerd om hun fraaie kledingdracht en exotisch voorkomen.
Van het ene dorp loop je zo naar het andere dorp, beide dorpen zijn Christelijk. Ook hier weinig mensen in het dorp maar dat komt omdat ze doordeweeks werken en op zondag naar de kerk gaan, geen vrije dag dus voor de mensen hier. Wanchai heeft ons al gewaarschuwd dat de mensen hier heel opdringerig zijn met hun spullen en inderdaad, zodra we de bus uitkomen, komen er al wat vrouwtjes met hun spullen aangerend. Ze zien er erg kleurrijk uit maar omdat ze bijna in me klimmen kan ik gene foto’s maken. Ze zijn inderdaad pusy maar ik kan er wel om lachen, beetje grapjes maken en ondertussen niets kopen, het is een gave ;-). Maar serieus, het is allemaal best leuk wat ze hebben maar wat moet ik ermee, wij zijn nou eenmaal niet zo van de souvenirs.
Het 3e en laatste dorp is van de Karen. Er leven 280.000 Karen in Thailand, zowel in de laagvlaktes als in de bergen. Karen leven in paalwoningen van bamboe. Hieronder scharrelen hun huisdieren, varkens, kippen en buffels. De Berg-Karen beoefenen ruillandbouw; de Laagvlakte-Karen houden zich grotendeels bezig met de verbouw van rijst.
Karen-vrouwen staan bekend om hun weefkunst én vaardigheid op het weefgetouw. Elke substam van deze grote etnische groepering heeft zijn eigen specifieke klederdracht. Ongetrouwde meisjes dragen wijde witte bloezen met v-halsen. Getrouwde vrouwen dragen bloezen en rokken in felle kleuren, maar overwegend blauw en rood. Karen-mannen vervaardigen muziekinstrumenten, unieke tabakspijpen en talloze andere voorwerpen.
Evenals de vorige dorpen zijn de inwoners ook hier Christelijk. Dus ook hier weer veel mensen aan het werk en op zondag naar de kerk. Geen vrije dag dus in dit dorp. Op de grond voor een hutje zit een heel klein oud vrouwtje, ze is 91. Haar dochter is doofstom en daarom kan zij niet werken. Moeder onderhoudt haar dochter maar ze hebben helemaal niets, straat en straatarm. De mensen uit het dorp geven hen te eten en doneren rijst dat ze verwerken en daarna gebruiken. Ik besluit wat van onze eigen lunch te geven, je kan daar niet lekker gaan eten als je dit weet. Paul en ik lopen dus even terug en geven een pakje liga en 2 pakjes rijst in bananenblad, later komen daar nog wat maiskolven bij. Ik kan niet alles weggeven want ik heb het zelf niet betaald en helaas hebben wij zelf geen eten bij ons. Met geld doe je niet veel, ze weten niet hoe ze ermee om moeten gaan. Wij gaan dan ook lunchen. Moet gezegd worden, wat Wanchai heeft meegenomen is lekker; een stuk Lannaworst (specialiteit uit Chiang Mai), stuk varkensvlees (allemaal al bereid hoor), maïskolven die we trouwens niet gegeten hebben, watermeloen, sticky rijst en wat verse rauwe groenten. Ondertussen hebben we ook nog een echtpaar ontmoet, hij is 71, zij 66. Prachtig stel! Zijn tanden zien er niet uit, net als bij het 1e vrouwtje dat we ontmoet hebben. De tanden raken verkleurd door wat ze eten en de tabak die ze roken. Paar prachtige portretjes gemaakt.
Zij lunchen gezellig met ons mee en hun dochter maakt eten voor hen. Wanchai geeft ze na de lunch nog 20 Baht namens ons om ze te bedanken voor hun gastvrijheid. Meneer sprak trouwens best aardig Engels maar bij hem en zijn vrouw kunnen toeristen een nachtje slapen, wat blijkbaar ook regelmatig gebeurt. Paul en ik hebben echt geen idee wie dit leuk zou vinden maar hee, smaken verschillen!
Dit waren de bergstammen, Wanchai wil ons nog 1 dorp laten zien maar onderweg daar naartoe begint het zacht te regenen. Als we bij het dorp aankomen begint het toch te gieten en daarna te storten, niet normaal meer. Langzaam verdwijnt de grond onder het water en loopt het zo vanaf boven het dorp in. We kijken het een minuut of 10 maar het wordt steeds erger. Dit gaat ‘m dus niet worden, we stappen de bus maar weer en zijn gelijk kleddernat, op naar Tiger Kingdom!
Het Chiang Mai Tiger Kingdom is een kleinschalige, tamelijk nieuwe attractie, gelegen in de Maesa Valley. In het compacte tijgerpark heb je de mogelijkheid om een tijdje midden tussen de diverse tijgers door te brengen. Je kunt kiezen tussen volwassen tijgers, jonge welpen of het knuffelen van de baby welpjes. Paul kiest voor alle maten tijgers, ik doe alleen de kleintjes. Hoewel we onze twijfels hebben over het hoe en wat van het park is het toch leuk om mee te maken. De kleintjes zijn ontzettend leuk, brutaal en speels (en zeer moeilijk te fotograferen!!!!), de grotere zijn groot!!! Zeker die van 18 maanden! Ik blijf lekker op afstand en laat Paul kroelen, er moet toch iemand zijn die foto’s maakt ;-). Voor wie het leuk vindt: http://www.tigerkingdom.com/
Nou ja, weer een geweldige dag dus. Wat hebben we al veel gezien en ook zoveel verschillende dingen en we zijn nog niet klaar. To be continued……..
Voordat we echt de bergen in trekken en een paar uurtjes onderweg zijn kopen we eerst bij de lokale lunch wat spullen voor de lunch. Voor het eerst dat er niet echt een lunch geregeld is in een restaurant maar dit is natuurlijk ook leuk. Wanchai koopt wat spullen die wij echt wel zouden hebben laten liggen maar we laten ons verrassen, misschien valt het allemaal reuze mee. Langzaam aan rijden we daarna de bergen in, de omgeving wordt steeds mooier en groener, het regent hier ook zeer regelmatig. Rijstvelden wisselen zich af met bananenbomen, echt heel mooi.
Het 1e dorp dat we gaan bezoeken is van de Palong stam. Er zijn maar een paar Palong-dorpen in Thailand, toaat aantal bewoners ligt nu nog op zo’n 60.000. De Palong zijn gemakkelijk te herkennen aan de opvallende klederdracht van hun vrouwen, rode gewaden (sarongs) met daarop een blauw jasje met rode kraag en om het middel een brede zilveren band. Helaas voor ons zijn er niet veel mensen die buiten lopen en kunnen we helaas ook niet veel meekrijgen van de traditionele kleding. Van een meisje dat buiten haar baby in slaap aan het wiegen is horen we dat zo’n beetje alle mensen naar de tempel zijn om te bidden. Het was gisteren immers volle maan en dan zijn alle mensen vrij en sommige mensen zelfs 2 dagen en wordt er dus ook veel gebeden. We mogen wel foto’s maken van de mensen in de tempel maar ik voel me er toch niet helemaal lekker zijn. Als ze niet willen dat er een foto gemaakt wordt hebben ze zo eigenlijk geen keus en dat vind ik niet prettig. Langzaam lopen we weer terug in het dorp in en dan hoor ik kinderstemmen. Kinderen en fotocamera’s, love that combination! Een paar kinderen komen naar me toe en ik begin in het Engels te praten, ik krijg een beetje Thais terug en dan beginnen ze in het Engels te tellen. Met een beetje hulp van mij komen ze een heel eind en kan ik ook hier leuke foto’s maken. Later laat ik ze nog een keer tellen zodat Paul ze kan filmen, echt te leuk!
Het 2e en 3e dorp zijn van de Lisu en Akha stammen. Er leven hooguit 21.000 Lisu in Thailand. Hun oorspronkelijke woongebied is het oosten van Tibet. De huizen van de Lisu staan niet op palen. De verharde vloeren zijn meestal nogal vies, de wanden van bamboe. Evenals de Hmong (Meo) houden de Lisu zich al generaties hoofdzakelijk bezig met de papaverteelt (opium). Veel Lisu zijn inmiddels overgeschakeld op de het vervaardigen en verkopen van handwerk. De Lisu maken hun kleren uit vrolijk gekleurde stoffen, die ze nog eens extra versieren met talloze, eveneens bont gekleurde, reepjes stof. Vooral vrouwen dragen deze levendige kleren, bestaande uit een gedeeltelijk blauw of groen jasje op knielengte met een brede zwarte ceintuur en meestal een blauwe of groene lange broek. Mouwen, schouderstukken en broekomslagen zijn bestikt en verfraaid met smalle horizontale rode, gele en blauwe strepen. De meer welgestelde Lisu-vrouwen dragen aanzienlijke hoeveelheden zware, handgemaakte zilveren sieraden, vooral bij speciale gelegenheden. Lisu-mannen maken muziekinstrumenten, vogel- en wildvallen en andere voorwerpen van hout, bamboe en rotan.
Er leven hooguit 20.000 Akha (op vrij grote hoogte) in de noordelijke provincies van Thailand. Hun dorpen zijn herkenbaar aan de prachtige uit hout gesneden toegangspoorten waarover gewaakt wordt door beschermheiligen (geesten). Ze leven in vrij hoge huizen op lage palen, met een grote entree die leidt naar een vierkante leefruimte, voorzien van een kachel. De daken zijn spits maar lopen schuin af. Tegenwoordig vullen veel Akha het inkomen aan door het traditionele handwerk (kleren en gebruiksvoorwerpen) te verkopen aan toeristen. Akha vrouwen spinnen draad uit katoen met een handspoel. Daarna weven ze de katoen op een met de voet aangedreven weefgetouw. De stof wordt vervolgens geverfd met indigo en gebruikt voor het kleden van de hele familie. Vrouwen dragen brede broeken, een korte zwarte rok, daarop een wit met kralen versierd tasje en een los zwart jasje met geborduurde manchetten en revers. De zwarte mutsen zijn versierd met zilveren munten. Zowel Akha vrouwen als mannen vervaardigen uiteenlopende fraaie voorwerpen van bamboe en hout. Zo maken mannen kruisbogen en muziekinstrumenten. Vrouwen zijn handig in het vlechten van manden.
Akha zijn bijgelovig. Dat schrijft precies voor hoe en wanneer ze bepaalde rituelen moeten uitvoeren. De Akha behoren tot de armste bergstammen, maar zijn gewaardeerd om hun fraaie kledingdracht en exotisch voorkomen.
Van het ene dorp loop je zo naar het andere dorp, beide dorpen zijn Christelijk. Ook hier weinig mensen in het dorp maar dat komt omdat ze doordeweeks werken en op zondag naar de kerk gaan, geen vrije dag dus voor de mensen hier. Wanchai heeft ons al gewaarschuwd dat de mensen hier heel opdringerig zijn met hun spullen en inderdaad, zodra we de bus uitkomen, komen er al wat vrouwtjes met hun spullen aangerend. Ze zien er erg kleurrijk uit maar omdat ze bijna in me klimmen kan ik gene foto’s maken. Ze zijn inderdaad pusy maar ik kan er wel om lachen, beetje grapjes maken en ondertussen niets kopen, het is een gave ;-). Maar serieus, het is allemaal best leuk wat ze hebben maar wat moet ik ermee, wij zijn nou eenmaal niet zo van de souvenirs.
Het 3e en laatste dorp is van de Karen. Er leven 280.000 Karen in Thailand, zowel in de laagvlaktes als in de bergen. Karen leven in paalwoningen van bamboe. Hieronder scharrelen hun huisdieren, varkens, kippen en buffels. De Berg-Karen beoefenen ruillandbouw; de Laagvlakte-Karen houden zich grotendeels bezig met de verbouw van rijst.
Karen-vrouwen staan bekend om hun weefkunst én vaardigheid op het weefgetouw. Elke substam van deze grote etnische groepering heeft zijn eigen specifieke klederdracht. Ongetrouwde meisjes dragen wijde witte bloezen met v-halsen. Getrouwde vrouwen dragen bloezen en rokken in felle kleuren, maar overwegend blauw en rood. Karen-mannen vervaardigen muziekinstrumenten, unieke tabakspijpen en talloze andere voorwerpen.
Evenals de vorige dorpen zijn de inwoners ook hier Christelijk. Dus ook hier weer veel mensen aan het werk en op zondag naar de kerk. Geen vrije dag dus in dit dorp. Op de grond voor een hutje zit een heel klein oud vrouwtje, ze is 91. Haar dochter is doofstom en daarom kan zij niet werken. Moeder onderhoudt haar dochter maar ze hebben helemaal niets, straat en straatarm. De mensen uit het dorp geven hen te eten en doneren rijst dat ze verwerken en daarna gebruiken. Ik besluit wat van onze eigen lunch te geven, je kan daar niet lekker gaan eten als je dit weet. Paul en ik lopen dus even terug en geven een pakje liga en 2 pakjes rijst in bananenblad, later komen daar nog wat maiskolven bij. Ik kan niet alles weggeven want ik heb het zelf niet betaald en helaas hebben wij zelf geen eten bij ons. Met geld doe je niet veel, ze weten niet hoe ze ermee om moeten gaan. Wij gaan dan ook lunchen. Moet gezegd worden, wat Wanchai heeft meegenomen is lekker; een stuk Lannaworst (specialiteit uit Chiang Mai), stuk varkensvlees (allemaal al bereid hoor), maïskolven die we trouwens niet gegeten hebben, watermeloen, sticky rijst en wat verse rauwe groenten. Ondertussen hebben we ook nog een echtpaar ontmoet, hij is 71, zij 66. Prachtig stel! Zijn tanden zien er niet uit, net als bij het 1e vrouwtje dat we ontmoet hebben. De tanden raken verkleurd door wat ze eten en de tabak die ze roken. Paar prachtige portretjes gemaakt.
Zij lunchen gezellig met ons mee en hun dochter maakt eten voor hen. Wanchai geeft ze na de lunch nog 20 Baht namens ons om ze te bedanken voor hun gastvrijheid. Meneer sprak trouwens best aardig Engels maar bij hem en zijn vrouw kunnen toeristen een nachtje slapen, wat blijkbaar ook regelmatig gebeurt. Paul en ik hebben echt geen idee wie dit leuk zou vinden maar hee, smaken verschillen!
Dit waren de bergstammen, Wanchai wil ons nog 1 dorp laten zien maar onderweg daar naartoe begint het zacht te regenen. Als we bij het dorp aankomen begint het toch te gieten en daarna te storten, niet normaal meer. Langzaam verdwijnt de grond onder het water en loopt het zo vanaf boven het dorp in. We kijken het een minuut of 10 maar het wordt steeds erger. Dit gaat ‘m dus niet worden, we stappen de bus maar weer en zijn gelijk kleddernat, op naar Tiger Kingdom!
Het Chiang Mai Tiger Kingdom is een kleinschalige, tamelijk nieuwe attractie, gelegen in de Maesa Valley. In het compacte tijgerpark heb je de mogelijkheid om een tijdje midden tussen de diverse tijgers door te brengen. Je kunt kiezen tussen volwassen tijgers, jonge welpen of het knuffelen van de baby welpjes. Paul kiest voor alle maten tijgers, ik doe alleen de kleintjes. Hoewel we onze twijfels hebben over het hoe en wat van het park is het toch leuk om mee te maken. De kleintjes zijn ontzettend leuk, brutaal en speels (en zeer moeilijk te fotograferen!!!!), de grotere zijn groot!!! Zeker die van 18 maanden! Ik blijf lekker op afstand en laat Paul kroelen, er moet toch iemand zijn die foto’s maakt ;-). Voor wie het leuk vindt: http://www.tigerkingdom.com/
Nou ja, weer een geweldige dag dus. Wat hebben we al veel gezien en ook zoveel verschillende dingen en we zijn nog niet klaar. To be continued……..
Reacties
{{ reactie.post_date.date | formatDate('DD MMM YYYY HH:mm') }}
Reageer
Laat een reactie achter!
De volgende fout is opgetreden
- {{ error }}
Je reactie is opgeslagen!